Geloof niet alles wat je denkt.

Denken is nodig om efficiënt te handelen en te functioneren. Denken is een respons van het geheugen; als je je de weg naar huis niet meer herinnert dan zou je niet thuis komen. Denken dient voor honderd procent op objectieve wijze te worden gebruikt voor als je met iets technisch bezig bent, als je autorijdt of je werk doet.

Maar het meeste denken gaat op aan: zorgen maken, bang zijn, je schuldig voelen en het gevoel te hebben dat je niet voldoet. Denken schept en voedt angst. Als het denken terugblikt op dingen in het verleden die gebeurd zijn en niet zo fijn waren. Als je vooruit kijkt naar wat er voor naars zou kunnen gebeuren omdat je geen werk hebt, niet meer van baan durft te veranderen of je ziet geen uitweg meer.

Denken schept en voedt ook genot. Je geniet van een mooie zonsondergang, een fijn samenzijn, een slachtoffer dat je hebt kunnen helpen of een prettig contact.

Denken bestaat uit meerdere manieren van denken. Waar ligt de grens tussen waar denken volledig gebruikt moet worden en waar het zich afzijdig dient te houden? Je maakt volledig gebruik van je denken als je nieuwe gedachten hebt, nieuwe ideeën en als je in flow bent. Deze vorm van denken geeft je altijd energie, een soort van helder denken. Als je iets uitrekent, iets opzoekt, een regel toepast of iets op zijn plek legt.

Het denken mag zich afzijdig houden als je gaat zitten malen, piekeren en bij alle onaardige gedachten over uiterlijk, kunnen of vaardigheden. Alle momenten als je twijfelt aan jezelf. Alle momenten dat je graag iets wilt ondernemen maar het niet doet. Als je weet dat je moet bellen, schrijven of langs moet gaan maar het niet doet. Als je zegt: 'Ik zou nog ..... moeten doen?' Deze vorm van denken kost je energie en geeft je een somber, verdrietig en onprettig gevoel.

Hier volgt een logische redenatie van Marnix Pauwels:

  1. Je bepaalt niet zelf wat je denkt. Want denken gaat vanzelf. Je denkt genoeg dingen waar je niet achter staat, die je pijn doen of waar je enorm van baalt. Waarom zou je dat doen als je het allemaal zelf in de hand hebt?
  2. Heel veel gedachten komen spontaan in je op, dat wil niet automatisch zeggen dat ze ook waar zijn. Ze komen en gaan helemaal vanzelf. Let er maar eens op. Zit je midden in een inzet komt er opeens een gedachte die je onzeker maakt.
  3. Wat je denkt is dus niet door jou zelf verzonnen, er zijn geen persoonlijke gedachten, want dan zou je dus heel vaak, heel bewust, heel veel onzin denken. Dan zijn we allemaal masochisten die ervan houden om vaak onprettige gedachten te hebben.
  4. Als het toch niet jouw gedachten zijn, waarom zou je er dan nog in geloven? Waarom zou je er iets mee doen? Omdat ze toevallig in jouw hoofd zijn ontstaan?
  5. Laat je hoofd maar praten, maar geloof het niet meer.

Wil je het denken weer gaan gebruiken waarvoor het bedoeld is?

  • Elke keer dat je iets over jezelf denkt dat veroordelend, kritisch, neerbuigend of anderszins negatief is. STA STIL.
  • Elke keer dat je denkt: 'Ik kan niks. Ik schaam me voor mezelf. Straks komen ze er achter dat ik helemaal niets kan. Ik ben dagelijks somber. Ik kan het niet meer aan en zie het niet meer zitten.  Ik voel me schuldig omdat....' STA STIL
  • Als ik tegen jou zou praten zoals jij tegen jezelf spreekt, zou je me ontwijken, negeren, verbannen en nooit meer willen spreken.
  • Stop deze gedachten te geloven.
  • Ontwijk ze door letterlijk te bukken als je ze denkt.
    Negeer ze als een irritante vlieg, of mep op de tafel.
    Duw de gedachte terug naar waar het vandaan kwam (terug in het niets).
    Zeg: 'Kom maar terug als je me iets nieuws te vertellen hebt, ik luister niet meer naar herhalingen.'
    Wat maar voor jou werkt.

Doe dit zo vaak als mogelijk. Houd vol. Het is een spelletje en dit spelletje ga jij winnen.
Geloof me na een tijdje word je steeds handiger en ga je rust en vrijheid ervaren. Je krijgt meer ideeën, oplossingen dienen zich aan, je gaat meer ondernemen, je denkt niet alles stuk waardoor je niets meer doet.

Je bent geen slaaf meer van je gedachten maar meester van je denken.